De Standaard: Niger, migratie door de woestijn

De eeuwenoude karavaanstad Agadez in Niger is een knooppunt van Afrikaanse migratieroutes. Maar Europa doet de poort toe. ‘Als we niet oppassen, worden de werkloze smokkelaars vrienden met de jihadisten uit Libië.’ 

Op de tweede nacht van zijn tocht door de woestijn zag Tangé Mazou de politie. De 22-jarige Togolees was de eerste die de naderende koplampen opmerkte. ‘Ik zag lichtjes in de verte, te laag aan de hemel om sterren te zijn.’ Mazou zat in de laadbak van een zwarte Toyota Hilux, samen met 28 andere Afrikanen. Ze waren al een heel eind gekomen door de noordelijke Sahara in Niger. Nog 10 uur rijden en ze zouden de Libische grens gepasseerd zijn.

De komst van twee politieauto’s gooide roet in het eten. ‘Iedereen sloeg in paniek’, zegt Mazou. De smokkelaar achter het stuur doofde zijn lichten en veranderde van koers. Na een paar minuten jaagde hij iedereen uit zijn pick-up. ‘Hij zei dat de politie ons zou terugsturen en dat we moesten rennen. Hij beloofde dat hij zou terugkomen om ons te zoeken’, zegt Mazou. De politie kwam steeds dichterbij, de migranten vluchtten weg in alle richtingen.

Toen de zon twee uur later opkwam, stopte Mazou met lopen. Er waren nog acht anderen bij hem. Van de smokkelaar en de andere twintig migranten was geen spoor. Rond hem, zo ver als hij kon kijken, zag hij alleen zand. Het was begin juli vorig jaar en de temperatuur liep op tot bijna 60 graden.

Lees verder op de website van De Standaard

Schermafbeelding 2018-01-10 om 17.38.06

©Kristof Vadino